
Een goede matras moet veerkrachtig zijn en de lichaamsdruk gelijkmatig opvangen en verdelen. Hij moet bovendien het transpiratievocht opnemen en het door verdamping weer afvoeren.
Er zijn 2 matrassoorten:
– van mousse of schuimrubber (polyetherschuim, koudschuim, latex of traagschuim)
– veren (binnenvering of pocketvering).
Maar ook een combinatie van pocketvering met een laag traagschuim is mogelijk.
Een duurdere matras kan u herkennen aan zogenaamde comfortzones die qua hardheid beter aangepast zijn aan het lichaamsdeel dat erop ligt.
De meest voorkomende materialen:
Polyetherschuim is het goedkoopst, maar ondersteunt het minst en de ventilatie is niet zo goed.
Koudschuim heeft een open celstructuur en geeft daarom een veel betere ventilatie en steun.
Latexmatrassen (is altijd een mix van natuur- en synthetisch rubber) hebben als kenmerk dat ze een uitstekende vormvastheid en een zeer goede ventilatie hebben.
Het voelt comfortabel, soepel en is nooit te hard. Latex matrassen zijn ideaal om te gebruiken op lattenbodems.
Een nadeel van latex is dat het weinig poreus is. et neemt niet goed vocht op, ademt slecht en voelt dus warm aan. Natuurlijke latex is poreuzer dan synthetische. De veerkracht van natuurlijk latex is ook groter.
De traagschuimmatrassen zijn de laatste tijd heel erg in. Ze zouden de druk van het lichaam beter verdelen, maar niet iedereen vindt zo’n matras even aangenaam.
Traagschuim (ook gekend als Tempur, visco-elastisch schuim…) werd oorspronkelijk voor de ruimtevaart ontwikkeld om de druk van astronauten gelijkmatig over het lichaam te verdelen. Het schuim neemt de vorm aan van je lichaam en keert maar langzaam terug in zijn oorspronkelijke vorm.
Bovendien is het erg temperatuurgevoelig: het schuim wordt harder bij koude en zachter bij warmte. De matras zal dus vooral zachter worden bij de lichaamsdelen die uitsteken, waardoor hij zich zeer goed aanpast aan de vorm van het lichaam. In de winter kan dat een nadeel zijn: Heb je een frisse slaapkamer, dan zal je matras koud en dus erg hard aanvoelen.
Binnenvering- en pocketveringmatrassen bevatten beide springveren. Omdat de matras hol is heeft dit type de beste ventilatie.
Wat bepaalt de steun van een matras?
-De dikte van het materiaal
-Het aantal draaiingen zijn bepalend voor de mate van steun.
*Bij binnenvering hangen de veren aan elkaar vast waardoor de hele matras beweegt als u aan een kant drukt.
*Bij de pocketvering zitten de veren apart in zakjes (pockets) waardoor ze onafhankelijk van elkaar bewegen. Dat geeft een betere ondersteuning en maakt hem ook geschikt voor verstelbare lattenbodems.
Vilt, katoen, wol, linnen, paardenhaar, zeegras, kokosvezel, enz. worden gebruikt als vulmateriaal en als toplaag.
LAST BUT NOT LEAST
Een matrashoes en een matrasbeschermer zijn zeker niet onbelangrijk!
Een afneembare hoes en een matrasbeschermer zijn niet enkel praktisch maar ook heel hygiënisch. Natuurlijke materialen (wol, linnen, katoen…) verdienen meestal de voorkeur. Ook voor mensen die allergisch zijn aan huisstofmijt, wordt aangeraden om een allergeendichte hoes rond de matras aan te brengen en een synthetische matrasbeschermer te gebruiken.
Een matras moet – afhankelijk van het type – om de 10 à 15 jaar worden vervangen. Door de matras geregeld te draaien, zowel in de lengte als in de breedte, en een matrasbeschermer te gebruiken, kunt u de levensduur verlengen.
Wilt u meer informatie over de matras die het best bij jou en je partner past? Kom dan vrijblijvend langs bij de Matrassenloft.